Het ging hoe langer hoe slechter met Margriet, haar familie had het allemaal wel zien aankomen. Als ze bij haar op visite gingen viel het steeds vaker op dat het er niet echt schoon meer was. Op het laatst kwamen er bijna geen vrienden meer langs, vanwege de muffe lucht die er hing. Margriet had ook weinig aandacht voor haar eigen verzorging en droeg opvallend vaak dezelfde trui. Haar moeder had al meermalen onopengemaakte post zien liggen, ze dacht dat het rekeningen waren. Ook maakte ze zich zorgen over het alcoholgebruik van haar dochter. Uiteindelijk resulteerde het in een langdurige opname op een woonafdeling. Margriet kampte met een ernstige depressie.
Zelfstandig wonen na een langdurige opname
Maanden later lijkt het een stuk beter met haar te gaan. De woonbegeleider vertelt Margriets moeder dat haar dochter binnenkort weer op zichzelf mag wonen. Als Margriet haar medicijnen regelmatig blijft innemen, kan ze haar depressieve buien goed onder controle houden. Bovendien weet Margriet nu beter wanneer ze hulp moet inroepen. Margriet heeft in de gesprekken met haar behandelaar uitgebreid over haar ontslag gesproken. Maar haar moeder twijfelt. In de beschermde woonvorm is voldoende controle. Maar straks is Margriet weer alleen thuis en hoe gaat het dan? Ze is bang dat zij die controle over moet nemen omdat het anders binnen de kortste keren weer fout gaat.
Contact met de Adviesraad Naasten
Het liefst wil de moeder van Margriet vóór het ontslag met haar en haar behandelaar praten over hoe ze er samen voor kunnen zorgen dat de verhuizing goed verloopt. Ze kaart het aan bij de verpleegkundigen op de afdeling. Zij begrijpen haar bezorgdheid en adviseren haar ook contact met de Adviesraad Naasten te zoeken. Als meer familieleden tegen problemen aanlopen, kan de Adviesraad Naasten bij de directie aangeven dat er structureel aandacht voor moet komen. Of zal de Adviesraad Naasten hier onderzoek naar doen. Ondertussen overlegt Margriets moeder met haar dochter en de behandelaar om na de opname nog een tijdje psychiatrische thuiszorg te krijgen. Die kunnen haar onder meer helpen met het innemen van medicijnen, het organiseren van haar huishouden en het vinden van (betaald) werk.
De beschreven situatie is aan de werkelijkheid ontleend.